In dit album draait alles rond een oude bekende van Jommeke: kapitein Jan Haring, die op een dag aan het varen is met zijn vertrouwde boot 'De Kuip', en plots een ander schip een walvis ziet harpoeneren. Het blijkt om snoodaards te gaan die hun arme leventje van kabeljauwvissers achterwege lieten om volop voor de illegale walvisvangst te gaan. In ruil voor de liters walvisolie krijgen ze van een farmaceutisch bedrijf dat peperdure verjongingspillen op de markt brengt, vele euro's aangeboden. De walvisvaarders willen geen pottenkijkers bij hun verboden praktijken en ze dus vergiftigen ze Jan Haring, zodat hij al misselijk wordt bij het horen van het woord 'zee'. Het is nu aan Jommeke en Filiberke om op volle zee een einde te maken aan het vuile werk van de jagers.

Je kan dit album een echt pamflet noemen voor milieu-organisaties als Greenpeace en het WWF. De illegale walvisjacht staat nl. centraal, en de strip leest als een pleidooi voor de natuurbescherming en tegen het uitsterven van de kolossen van onze oceanen. Een vlot getekend 'Jommeke'-album dus, met een wel heel duidelijke moraal. [Tom Vermeeren] Verberg tekst

Al sinds 1955 verschijnen de stripavonturen van Jommeke, zijn vriendje Filiberke en de sprekende (en denkende) papegaai Flip. Het zijn simpele verhalen met een prettige dosis spanning en actie en een goede afloop. Ze spreken met name kinderen vanaf een jaar of zeven aan. De tekeningen zijn helder en overzichtelijk met een goed aansluitende inkleuring en duidelijke lettering. Dat deze strip vooral in België zeer populair is, wordt een enkele keer duidelijk door het taalgebruik.